Een uroloog als arts-assistent op de covid-IC van het Spaarne Gasthuis
“Kan ik even met je overleggen over een patiënt?” Dit is mijn vijfde IC-dienst. Ik zou me zelf nog zeker niet ervaren willen noemen. Maar ik begin wel een beetje te wennen. De dienstdoende intensivist zit achter een computer. Hij heeft net telefonisch overlegd met één van mijn collega’s en daarvoor had hij nog een intensivist uit een ander ziekenhuis aan de lijn over een overname. “Natuurlijk Arjen. Wat is het probleem?” Ik leg hem uit dat ik me wat zorgen maak over één van de patiënten waar ik voor zorg. “De saturatie* blijft te laag. Ik krijg de beademing niet beter en de verpleegkundige ook niet.” Ik begin uit te leggen wat de instellingen van de beademingsmachine zijn, maar op één of andere manier weet hij dat al. “We gaan maar eens poolshoogte nemen,” zegt hij terwijl hij de computer afsluit. We kleden ons om en gaan de zaal op. Door de beademingsmachine nog weer anders in te stellen, lukt het gelukkig om de beademing te verbeteren. Terwijl we daarmee bezig zijn, legt hij van alles uit en krijg ik meteen een stuk onderwijs. Heerlijk is dat: onderwijs aan bed, beter krijg je het niet. Als we klaar zijn, loopt hij naar een andere patiënt. “Is hij al lang zo onrustig?” vraagt hij aan de verpleegkundige. “Nee, net”, antwoordt zij. Kennelijk was het hem al opgevallen toen we nog bezig waren met de beademingsmachine. Ik had het niet in de gaten gehad.

In een vorig blog vergeleek ik de ic-verpleegkundige met een musicus. Als de verpleegkundige een musicus is, dan zijn de intensivisten de dirigenten van de IC. Zij hebben uiteindelijk alle patiënten onder hun hoede en moeten daarover goed het overzicht weten te houden. Daarom moeten ze snel kunnen schakelen en goed kunnen vertrouwen op de verpleegkundigen en arts-assistenten. Die zijn hun ogen, oren en handen.
In de covid-periode zijn de intensivisten niet te benijden (geweest). Zeker tijdens de eerste golf was het aantal patiënten overweldigend en was het ziektebeeld covid-19 nog grotendeels onbekend. Ik moet denken aan een uitspraak van premier Rutte: “De overheid moest 100% handelen met 50% kennis.” In het ziekenhuis was het eerder 200% handelen met 25% kennis! Gelukkig liggen er tijdens deze tweede golf minder coronapatiënten op onze IC. Verder is er intussen behoorlijk wat kennis opgedaan.
Dat neemt niet weg dat de patiënten nog steeds heel erg ziek zijn. Daarnaast worden vrijwel alle patiënten kunstmatig beademd, dat is normaal gesproken niet zo. Het maakt de zorg wel extra intensief. Wat het verder lastig maakt, is dat alle patiënten hetzelfde ziektebeeld hebben. De behandeling is bij de meeste patiënten dan ook vergelijkbaar al zijn er nog wel verschillen. De details doen ertoe. Ook qua voorgeschiedenis lijken de patiënten nog eens vaak op elkaar. Dat maakt het voor mij al lastig om de 4 patiënten waar ik voor zorg uit elkaar te houden. Voor de intensivist is dat nog een stuk lastiger. Van de andere kant, door hun ervaring merk je dat ze alles veel sneller op een rijtje hebben. Ik schreef het al eerder: kennis en ervaring leidt tot snellere en betere inzichten.
In een ander blog pleitte ik voor applaus voor het polikliniekpersoneel. Zij zorgen ervoor dat er specialisten vrijgespeeld kunnen worden om bij te springen op de IC. Vandaag wil ik een groot applaus voor de dirigenten van alle intensive-care afdelingen!

*Saturatie: (letterlijk verzadiging). Het percentage zuurstof in het bloed. Normaal is >95%
Een gedachte over “Applaus voor de intensivisten, dirigent van de IC”